
Jeugdsentiment
Floris! De serie telde slechts twaalf afleveringen maar staat hoog in de top tien van mijn jeugdherinneringen. De serie paste goed in de reeks tv-series uit deze tijd die zich afspeelden in de middeleeuwen.
We smulden van de avonturen van onze held Floris van Rosemondt (gespeeld door Rutger Hauer en o wat was hij knap!) Floris was een moedige maar bijgelovige edelman. Hij kon goed paardrijden en zwaardvechten. Soms was hij wat naïef maar dat werd gecompenseerd door de hersenen van zijn vriend Sindala.
Sindala, een fakir, magiër en alchemist, kwam uit India. Hij stond zijn vriend Floris bij in de strijd om het ouderlijk kasteel. Sindala was kalm, slim en had verstand van medische zaken.
Andere hoofdpersonen waren Lange Pier, een grote sterke huurling, de Hertog van Gelre en gravin Ada van Couwenhoven, een stoere dame van stand.
Iedere zondagavond zaten we klaar voor de buis in afwachting van een nieuwe aflevering. Limonade en een eierdopje gevuld met pinda’s bij de hand. We waren dol op de serie. Voor mijn gevoel is de serie jaren op tv geweest, in werkelijkheid nog geen drie maanden. Als je tien jaar bent gaat de tijd immers vele malen langzamer.
Mijn broertje, nichtje en ik speelden scenes na in de slaapkamer van mijn tante en oom. Van tante mochten we alle sjaals en kettingen die ze had gebruiken om onszelf om te toveren tot edelvrouwen. Zelfs haar lippenstift moest eraan geloven. We wilden de schoonheid van Ada van Couwenberg natuurlijk evenaren.
Broerlief speelde Floris, de sprei van het echtelijk bed als cape om zijn schouders. De plumeau deed dienst als zwaard. Het liefst hadden nicht en ik de rol van Floris zelf ingevuld. Echter toentertijd heerste er nog een traditioneel man-vrouwbeeld dus jongens speelden jongens, meisjes speelden meisjes. Vrouwenemancipatie was nog een ver van ons bed show hoewel Dolle Mina’s al enige tijd baas in eigen buik waren. Wat beleefden we een spannende avonturen daar in die slaapkamer. De vloer dreunde regelmatig na van de heldhaftige sprongen van ‘Floris’. ‘Kan het wat rustiger!’, hoorden we dan van beneden.
Floris werd opgevolgd door Catweazle, een griezel die qua uiterlijk niet aan Floris kon tippen. Rutger Hauer verruilde de hoofse platonische liefde voor het ruigere Jan Wolkerswerk.
Laatst keken, vanuit een roddelblad, twee helblauwe ogen in een verweerd gezicht mij indringend aan. ‘Hé, Floris!’, was het eerste wat ik dacht. Ogen veranderen nooit.
We smulden van de avonturen van onze held Floris van Rosemondt (gespeeld door Rutger Hauer en o wat was hij knap!) Floris was een moedige maar bijgelovige edelman. Hij kon goed paardrijden en zwaardvechten. Soms was hij wat naïef maar dat werd gecompenseerd door de hersenen van zijn vriend Sindala.
Sindala, een fakir, magiër en alchemist, kwam uit India. Hij stond zijn vriend Floris bij in de strijd om het ouderlijk kasteel. Sindala was kalm, slim en had verstand van medische zaken.
Andere hoofdpersonen waren Lange Pier, een grote sterke huurling, de Hertog van Gelre en gravin Ada van Couwenhoven, een stoere dame van stand.
Iedere zondagavond zaten we klaar voor de buis in afwachting van een nieuwe aflevering. Limonade en een eierdopje gevuld met pinda’s bij de hand. We waren dol op de serie. Voor mijn gevoel is de serie jaren op tv geweest, in werkelijkheid nog geen drie maanden. Als je tien jaar bent gaat de tijd immers vele malen langzamer.
Mijn broertje, nichtje en ik speelden scenes na in de slaapkamer van mijn tante en oom. Van tante mochten we alle sjaals en kettingen die ze had gebruiken om onszelf om te toveren tot edelvrouwen. Zelfs haar lippenstift moest eraan geloven. We wilden de schoonheid van Ada van Couwenberg natuurlijk evenaren.
Broerlief speelde Floris, de sprei van het echtelijk bed als cape om zijn schouders. De plumeau deed dienst als zwaard. Het liefst hadden nicht en ik de rol van Floris zelf ingevuld. Echter toentertijd heerste er nog een traditioneel man-vrouwbeeld dus jongens speelden jongens, meisjes speelden meisjes. Vrouwenemancipatie was nog een ver van ons bed show hoewel Dolle Mina’s al enige tijd baas in eigen buik waren. Wat beleefden we een spannende avonturen daar in die slaapkamer. De vloer dreunde regelmatig na van de heldhaftige sprongen van ‘Floris’. ‘Kan het wat rustiger!’, hoorden we dan van beneden.
Floris werd opgevolgd door Catweazle, een griezel die qua uiterlijk niet aan Floris kon tippen. Rutger Hauer verruilde de hoofse platonische liefde voor het ruigere Jan Wolkerswerk.
Laatst keken, vanuit een roddelblad, twee helblauwe ogen in een verweerd gezicht mij indringend aan. ‘Hé, Floris!’, was het eerste wat ik dacht. Ogen veranderen nooit.