Gelijk
Lichte ‘Morbide’ fascinaties: wie heeft ze niet? Ik heb er een, tenminste volgens mijn kinderen. Gelukkig bleef hun DNA ervan verschoond of wellicht ben ik het slachtoffer van een mutatie op de genen. Hoe dan ook: rondslenteren over begraafplaatsen. Heerlijk.
Nee, niet van die klinische Hollandse dodenakkers. Ik geniet juist van rustieke exemplaren buiten onze landsgrenzen. Liefst verborgen achter vervallen muurtjes in de schaduw van een stokoude kerk, synagoge of moskee. Exotische uitvoeringen midden in een rijstveld, geflankeerd door een verdwaalde waterbuffel of rommelige opgemetselde tombes zuchtend onder de koperen ploert van de Caribean.
De Joodse begraafplaats van Marrakesh. Zevenduizend naamloze kindergraven uit de vijftiende eeuw. Slachtoffers van een pest- en tyfusepidemie met ontelbare achtergelaten steentjes op de sneeuwwitte grafstenen. Een oud Joods gebruik: ‘Ik was hier, jullie zijn niet vergeten’. De islamitische begraafplaats aan de voet van ons favoriete theehuis in Istanboel en haar tombes bezet door luierende zwerfkatten. De slaperige lommerrijke begraafplaats rond een middeleeuws kerkje ergens in Sussex. Gevat in oneindige stilte.
Verzakte zerken met onleesbare namen, afbrokkelende gipsen vazen met verkleurde kunstbloemen, verdroogde rozen, bemoste beelden, engelen met imposante vleugels, kaarsstompjes achter gebroken glas, door hedera overwoekerde kapelletjes en afgebladderde Madonna’s. Het beslagen glas waarachter een vervaagde foto van de overledene amper zichtbaar is. Gebeeldhouwde honden aan de voet van een gedenksteen. Verwilderde oleanders en rododendrons. Speciale kinderhofjes met graven van betreurde overleden kindjes. ‘A notre chère petite Aida Outmesguine décédé de 14 avril 1949 a l’ age de 6 ans’…
Grafkunst, bronzen beelden met glimmende aanraakplekken. Op Père Lachaise in Parijs ‘ligt’ een prachtig voorbeeld. Victor Noir, een negentiende-eeuwse journalist/ playboy, werd tijdens een duel door een neef van Napoleon neergeschoten. Op zijn praalgraf is hij afgebeeld zoals hij ooit neerviel. Pikant detail: het grafmonument is voorzien van een ‘une virilité post mortem impressionnante’. Zie Google Translate voor een nette vertaling, waarbij je zelf het woord ‘viriliteit’ in mag vullen. In de loop der tijd is het brons op de bewuste plek helemaal glimmend gewreven. Ik kon de verleiding gelukkig weerstaan, mijn kinderen hadden zich doodgeschaamd. Hoewel zij op dat moment al zo verveeld waren dat ze deze ‘impressionnante’ waarschijnlijk niet eens zagen.
Grafmonumenten en grafschriften weerspiegelen het eeuwenoude verlangen naar voortleven na de dood. Voetafdrukken in de tijd. Een steen verlegd in een rivier op aarde. Nooit meer vergeten. De schoonheid van onze sterfelijkheid. In de dood is een ieder gelijk.
Nee, niet van die klinische Hollandse dodenakkers. Ik geniet juist van rustieke exemplaren buiten onze landsgrenzen. Liefst verborgen achter vervallen muurtjes in de schaduw van een stokoude kerk, synagoge of moskee. Exotische uitvoeringen midden in een rijstveld, geflankeerd door een verdwaalde waterbuffel of rommelige opgemetselde tombes zuchtend onder de koperen ploert van de Caribean.
De Joodse begraafplaats van Marrakesh. Zevenduizend naamloze kindergraven uit de vijftiende eeuw. Slachtoffers van een pest- en tyfusepidemie met ontelbare achtergelaten steentjes op de sneeuwwitte grafstenen. Een oud Joods gebruik: ‘Ik was hier, jullie zijn niet vergeten’. De islamitische begraafplaats aan de voet van ons favoriete theehuis in Istanboel en haar tombes bezet door luierende zwerfkatten. De slaperige lommerrijke begraafplaats rond een middeleeuws kerkje ergens in Sussex. Gevat in oneindige stilte.
Verzakte zerken met onleesbare namen, afbrokkelende gipsen vazen met verkleurde kunstbloemen, verdroogde rozen, bemoste beelden, engelen met imposante vleugels, kaarsstompjes achter gebroken glas, door hedera overwoekerde kapelletjes en afgebladderde Madonna’s. Het beslagen glas waarachter een vervaagde foto van de overledene amper zichtbaar is. Gebeeldhouwde honden aan de voet van een gedenksteen. Verwilderde oleanders en rododendrons. Speciale kinderhofjes met graven van betreurde overleden kindjes. ‘A notre chère petite Aida Outmesguine décédé de 14 avril 1949 a l’ age de 6 ans’…
Grafkunst, bronzen beelden met glimmende aanraakplekken. Op Père Lachaise in Parijs ‘ligt’ een prachtig voorbeeld. Victor Noir, een negentiende-eeuwse journalist/ playboy, werd tijdens een duel door een neef van Napoleon neergeschoten. Op zijn praalgraf is hij afgebeeld zoals hij ooit neerviel. Pikant detail: het grafmonument is voorzien van een ‘une virilité post mortem impressionnante’. Zie Google Translate voor een nette vertaling, waarbij je zelf het woord ‘viriliteit’ in mag vullen. In de loop der tijd is het brons op de bewuste plek helemaal glimmend gewreven. Ik kon de verleiding gelukkig weerstaan, mijn kinderen hadden zich doodgeschaamd. Hoewel zij op dat moment al zo verveeld waren dat ze deze ‘impressionnante’ waarschijnlijk niet eens zagen.
Grafmonumenten en grafschriften weerspiegelen het eeuwenoude verlangen naar voortleven na de dood. Voetafdrukken in de tijd. Een steen verlegd in een rivier op aarde. Nooit meer vergeten. De schoonheid van onze sterfelijkheid. In de dood is een ieder gelijk.