Gatenkaas

Zie je ze voor je? De ideale gezinnetjes. Gekleed in tere pasteltinten spelen de kindertjes met onbewerkt houten speelgoed in hun beige kinderkamer. Poseren zij tegen de achtergrond van de grote stille heide op ruwhouten bankjes. Helemaal zen en zó een met de natuur.
Hun gillende vlucht voor een onschuldig voorbij wandelend torretje wordt niet gefilmd. Moeders, perfect gekapt en in smetteloos wit gestoken alpacawollen jumpertjes, aaien teder over de bolletjes van hun perfecte kind.
Met namen als Joyfully Joe, Fox, Blizzzz, Sahara, Soof, Gretha Leentje en wat al niet meer. Naamgeving onder het mom: ‘Ja, wij denken nu eenmaal out of the box. ‘t Is zo belangrijk om je eigen pad in het leven te kiezen’. Voor de kinderen valt jammer genoeg niets te kiezen. Zit je daar later in het verzorgingstehuis de Joyfully Joe uit te hangen.
Op Aruba zag ik een modieus yuppenstel hun perfect uitgedoste peuter urenlang, in de hitte, fotograferen. Als het meisje huilde, werd ze bestraffend toegesproken en van een nieuw laagje matterende poeder, een vleugje oogschaduw en een subtiel laagje lipgloss voorzien.
Verkleedpartij volgde op verkleedpartij, haartjes zus en haartjes zo. Uit de kofferbak van de auto kwam een ijzeren voorraad aan accessoires. Kanten parapluutjes, zonnehoedjes, rieten stoeltjes, plaids, knuffelbeesten. De zonsondergang vormde de apotheose van het gebeuren. Iedereen leek het normaal te vinden.
De keerzijde van dit perfecte plaatje is dat diezelfde moeders, buiten beeld, in de keuken, met verlept kapsel en spuug- en jamvlekken op hun blouse boven overkokende soeppannen hangen. Net als jij en ik.
Perfecte papa doet ondertussen incognito boodschappen bij de supermarkt met de verboden L- naam.
Hun perfecte kinderschare raast met lekkende luiers en smoezelige toet, krijsend door de huiskamer.
‘Zeg eens ‘cheese’!’ Kaas? Ja, gatenkaas gevuld met lucht.
In Amerika zijn inmiddels de eerste tieners gesignaleerd met hechtingsproblemen en trauma’s, opgelopen in hun door sociale media vergiftigde jeugd. Net zo min dat honderd jaar geleden kinderen erom vroegen uitgebuit te worden in de fabrieken, vragen deze kinderen niet om exploitatie ten behoeve van het perfecte plaatje. De vergelijking met kinderarbeid ligt op de loer.
Honderdvijftig jaar na het Kinderwetje van Van Houten is het tijd voor een herziene versie.