Liefde

Hij was lang en liep, licht steunend op een houten wandelstok met een glimmend gebogen greep, statig en kaarsrecht door de ruimte. Tot in de puntjes verzorgd, keurig gekleed, geknipt en geschoren.
Hij viel me op door de manier waarop hij de foto’s bekeek. Specifiek geïnteresseerd in de portret- en groepsfoto’s. Minutieus en stuk voor stuk nam hij de personen letterlijk onder de loep. Om telkens weer aan een volgende foto te beginnen.
Een dame van de organisatie sprak hem aan. ‘Al iets gevonden?’, vroeg ze. ‘Nee, nog steeds niet, ook nu niet…’, antwoordde hij.
Uit hun luide gesprek, hij bleek wat doof, werd mij het een en ander duidelijk. De ontbrekende stukken uit zijn verhaal waren, zelfs voor een buitenstaander, makkelijk in te vullen.
Op zeventienjarige leeftijd ontmoette hij op de kermis een meisje. Ze raakten aan de praat, werden verliefd en droomden van een gezamenlijke toekomst. Niets leek hen in de weg te staan. Totdat hij besloot om ook zijn tweede droom waar te maken. Varen op de wilde vaart. Werken op het land was hard sloven voor weinig. Hij wilde een betere toekomst voor hun samen.
Zij wilde er niets van weten. Zag het, in haar ogen, weduwschap als vrouw van een zeevarende niet zitten. Ze was bang voor de gevaren van de oceaan. Ze wilde hem niet kwijt.
‘Ik was eigenwijs, egoïstisch en arrogant, dacht dat ze wel bij zou draaien’. Ze draaide niet bij en zette een punt achter hun relatie.
Hij ging, klom op van matroos tot kapitein. Voer de hele wereld rond en zij reisde in zijn hart altijd mee. Tot de dag van vandaag. Haar foto’s had hij in zijn onbegrip en woede verbrand. Nu, op eenennegentigjarige leeftijd, was hij op zoek naar een foto. Zoekend naar het gezicht van zijn verloren liefde. Behalve haar naam wist hij niets meer. Al vond hij maar een trouwfoto waarop zij stond met degene waarvan ze hield. Zelfs dat was voor hem voldoende.
De les die hij leerde was hard. ‘Uiteindelijk is alles wat overblijft, de liefde’, verzuchtte hij. Ik slikte mijn ontroering weg.