Luduvudu

‘Ik snap er niks van’, zegt het verdrietige meisje. ‘Wat móet hij met haar?’ ’t Is niet eens zijn type. Heb je gezien hoe ze eruit ziet? De del! Die achterlijke schrijftattoo op haar rug en die stomme piercings in haar wenkbrauw. Zo ordinair. Da’s toch niks voor hem? Mijn hart doet zo zeer.’ ‘Ik snap het ook niet, misschien kan ze lekker zoenen’, mompelt de ander.
Verkeerde opmerking. Arm kind. Tijd voor een troostende poetssessie. ‘Sorry’, haar vriendin wrijft haar bemoedigend over de rug.
‘Heb je haar horen bellen bij de bushalte? Echt niet normaal, iedereen kan het horen. Het gaat nergens over, stom gelul. En dan die tas van haar…’ ‘Tja’, reageert de ander. ‘Die stompzinnige Duck face selfies op haar Insta. Zal je zien dat ze er straks samen opstaan. Dat trek ik echt niet. Dan ziet iedereen dat het uit is’, ratelt ze verder. Haar traanbuizen maken opnieuw overuren.
‘Ach joh, niks van aantrekken. Hij staat voor lul met haar. Jij niet. Jij bent toch veel leuker!’ ‘Maar dat ziet hij niehiehiehieniet’, reageert de afgewezene met een wanhopige uithaal. ‘Andere jongens wel hoor’, probeert de ander en overhandigt haar een droog papieren zakdoekje. ‘Die andere gasten wihhhil ik niet!’ Haar vriendin zucht en verdiept zich onopvallend in de lipsticks.
Ik durf ondertussen amper meer hun richting uit te kijken. Ach, wellicht hebben zij mij niet eens in de gaten. Verdiept als ze zijn in hun eigen sores. Ik zoek driftig verder naar mijn oogschaduwtje. Altijd gedoe met die nummers, vast veranderd of uit de collectie genomen. Heb ík weer.
Mijn gedachten dwalen af naar lang geleden. Zestien en belazerd door mijn eerste serieuze vriendje. Helaas, zo serieus was ’t ie niet. Een onvervalste draaideur lover. Hij hield er naast mij liefst drie andere vriendinnetjes op na. En dat waren me toch dellen…
345. Gevonden! Terwijl het meisje verder snottert en wanhopig alle negatieve eigenschappen van haar concurrente opsomt, maak ik voorzichtig een omtrekkende beweging richting kassa.
Om met Gerard Cox te spreken: ‘Luduvudu, zo heette het toch en ik weet het nog’. Gelukkig ben ik geen zestien meer.