Zonnestralen
’s Ochtends niet op mijn best, loop ik in gedachten verzonken naar het winkelcentrum. Ik struikel over een antislip plank op het Koninginnebruggetje, mijn tas glijdt van mijn schouder, ik mompel een verwensing.
Sla geïrriteerd naar een vlieg. Mijn oog valt op een koppel luidruchtige woerden. Zij zijn gezamenlijk op vrouwenjacht. Het slachtoffer is hun te vlug af.
Met een snelle wending vliegt zij terug naar haar plekje in het gras. De heren druipen teleurgesteld af. Mission impossible.
Het gras is licht bedauwd, een zonnestraal glijdt over een groepje hagelwitte madeliefjes. Een merel met een felgeeloranje snavel zingt luidkeels zijn ochtendriedel.
De mannetjes fuut drijft slapend met de kop tussen zijn veren op het water. Twee waterhoentjes in het rommelige nest naast de brug, staren in de verte. Waar blijft moeders… Lente, onze voormalige adoptie eend, kwaakt me toe.
Er zit een zwarte kat op de schommel in de speeltuin, zijn rode kompaan soest op een autodak. De witte uit de Beatrixstraat speelt met een muisje. De oude smoezelige grijze maakt moeizaam zijn rondje.
Ik ruik de geur van gebraden vlees en witte klimrozen. Uit een open raam klinkt vrolijke muziek, ik zie de opgeheven armen van een dansend kind. Slingers in de woonkamer, ballonnenen een zilveren vijf aan de voordeur. Vast jarig.
Marktkooplui bouwen hun kramen op, in opperbeste stemming grappend naar elkaar. De bloemenman zetzorgvuldig tientallen emmers vol bloemenpracht op een rij. Er hangt een mooie jas in de etalage van de herenmodezaak. Echt iets voor mijn Hendrik.
Een opgewekte mevrouw in haar scootmobiel steekt groetend haar hand op. Ik zwaai terug. Ze roept tegen iemand anders: ‘Hallo! Ik ben er weer!
Ik had corona en heb het overleefd. Ik ben helemaal gelukkig, ik leef!’ De ander reageert opgetogen.
En ik, ik vraag ik me af: wat is geluk? Iemand zei ooit ‘geluk zit in de afdruk van de grootsheid van het kleine’. Zijn herstel, hoop en leven sleutelwoorden?
Geluk vinden in de aarzelende lichtvoetigheid van de morgen. Weerkaatsend zonlicht in een raam zet de wereld soms al in een ander perspectief. Het licht lonkt, hoop ontspruit: morgen zal het anders zijn!
Dansend op een dun koord, balans zoekend met open zintuigen. Liefde in- maar ook uitademen. Soms met gulle hand geven, een andere keer met open hart ontvangen.
Wat een rijkdom! Mijn dag kan niet meer stuk. Ik zet mijn lach op en opeens regent het zonnestralen.
Sla geïrriteerd naar een vlieg. Mijn oog valt op een koppel luidruchtige woerden. Zij zijn gezamenlijk op vrouwenjacht. Het slachtoffer is hun te vlug af.
Met een snelle wending vliegt zij terug naar haar plekje in het gras. De heren druipen teleurgesteld af. Mission impossible.
Het gras is licht bedauwd, een zonnestraal glijdt over een groepje hagelwitte madeliefjes. Een merel met een felgeeloranje snavel zingt luidkeels zijn ochtendriedel.
De mannetjes fuut drijft slapend met de kop tussen zijn veren op het water. Twee waterhoentjes in het rommelige nest naast de brug, staren in de verte. Waar blijft moeders… Lente, onze voormalige adoptie eend, kwaakt me toe.
Er zit een zwarte kat op de schommel in de speeltuin, zijn rode kompaan soest op een autodak. De witte uit de Beatrixstraat speelt met een muisje. De oude smoezelige grijze maakt moeizaam zijn rondje.
Ik ruik de geur van gebraden vlees en witte klimrozen. Uit een open raam klinkt vrolijke muziek, ik zie de opgeheven armen van een dansend kind. Slingers in de woonkamer, ballonnenen een zilveren vijf aan de voordeur. Vast jarig.
Marktkooplui bouwen hun kramen op, in opperbeste stemming grappend naar elkaar. De bloemenman zetzorgvuldig tientallen emmers vol bloemenpracht op een rij. Er hangt een mooie jas in de etalage van de herenmodezaak. Echt iets voor mijn Hendrik.
Een opgewekte mevrouw in haar scootmobiel steekt groetend haar hand op. Ik zwaai terug. Ze roept tegen iemand anders: ‘Hallo! Ik ben er weer!
Ik had corona en heb het overleefd. Ik ben helemaal gelukkig, ik leef!’ De ander reageert opgetogen.
En ik, ik vraag ik me af: wat is geluk? Iemand zei ooit ‘geluk zit in de afdruk van de grootsheid van het kleine’. Zijn herstel, hoop en leven sleutelwoorden?
Geluk vinden in de aarzelende lichtvoetigheid van de morgen. Weerkaatsend zonlicht in een raam zet de wereld soms al in een ander perspectief. Het licht lonkt, hoop ontspruit: morgen zal het anders zijn!
Dansend op een dun koord, balans zoekend met open zintuigen. Liefde in- maar ook uitademen. Soms met gulle hand geven, een andere keer met open hart ontvangen.
Wat een rijkdom! Mijn dag kan niet meer stuk. Ik zet mijn lach op en opeens regent het zonnestralen.